Dromen, durven en doen. 
Op avontuur met Quelinda.
Zeil, reis en beleef mee. 

28

Landen

16.453

Zeemijlen

81

Nachten op zee

Charlotte's belevenissen

door Charlotte Dorren 20 juli 2025
Daar is Kinsale! De mist trekt op, de zon breekt door en een rotsige, kustlijn met glooiende, groene en gele velden verschijnt. Vanuit de verte zie ik ze aankomen, dolfijnen. Ze sjansen, springen en spelen op Quelinda’s boeggolf, alsof ze ons verwachten, verwelkomen. De vuurtoren verdwijnt uit het zicht en de baai opent zich. Mestgeur dringt binnen. Verderop grazen koeien. De geur van land. Wat ben ik blij!  Ooit zou ik de oceaan terug oversteken. Ik zag het als een noodzakelijk kwaad, iets wat moest gebeuren maar waar ik tegenop keek. Naar het Oosten zou niet makkelijk worden. En ik wist zeker, angst zou komen. Voor de zee, voor storm, voor alles wat stuk en fout kon gaan. Waarom überhaupt? Toch heb ik het gedaan. Waarom? Omdat ik Paul niet alleen wilde laten met datgene waar ook hij niet naar uitkeek. Omdat ik deze reis wilde afmaken, niet weglopen als het moeilijk werd. Samen doorzetten. Maar dan wel met iemand erbij. De keuze om een opstapper mee te nemen, was geen beslissing van één nacht. Paul en ik zijn een geoliede machine, eentje met een complexe gebruiksaanwijzing. One of a kind . En wilden we dat een opstapper aandoen? Of zou de opstapper zelf een extra zorg zijn? Eerst was het dus een No Go. We zouden het samen doen. Maar achteraf was de keuze om met zijn drieën te gaan goud waard. De eerste twee zeildagen van de oversteek waren heerlijk. Zon, comfortabele koers en rustig de katterigheid weg laten vloeien. De derde ochtend werd ik wakker van rumoer. Ik hoorde Paul heel hard roepen: “We maken water!” Zoet water maken met deze deining? Dacht ik half slaperig. Dat is raar. Dat kan toch niet? Maar het bleek anders, er kwam letterlijk zeewater het schip binnen.
door Charlotte Dorren 19 mei 2025
Altijd als Paul erover begon, knikte ik. Alsof ik het ook zag: voor anker bij het vrijheidsbeeld. Zijn droom. Zoals Suriname die van mij was. Maar voor mij was New York vooral ver weg en te groots. Het leek me sterk dat we er echt zouden komen. Een jaar geleden hoopte ik stiekem nog van niet en dacht dat we vast wel eerder zouden afbuigen. Het wisselende weer, de lange afstanden. Ik keek er niet naar uit. Waar leg je aan in een stad die nooit stilstaat? Hoe hard stromen de rivieren die miljoenen mensen voorzien? En past een schip als het onze wel ergens tussen staal, sirenes en skyline? Te veel vragen. Te veel onzekerheid. En als het dan te groots wordt, klap ik dicht. Dan druk ik nieuwsgierigheid weg als een ongeduldige gast aan de deur en doe alsof er niemand thuis is. Minderjarig Paul is anders. Waar mijn gedachten dwarrelen en twijfels blijven, legt hij lijnen vast. Een route in zijn hoofd bestaat lang voordat we ook maar één mijl gevaren hebben. En daar is lastig van af te wijken. Stap voor stap vult hij het plaatje in, tot ook ik het begin te herkennen en kan omarmen. En morgen is het dan zover. We varen zowaar The big Apple binnen. Op eigen kracht. Op eigen kiel. Met gezonde spanning en geen weglopen meer. Ongelooflijk. Want wat een stad is dat! Ik was zestien toen ik er voor het eerst kwam. Een bizar verhaal eigenlijk. Ik won de hoofdprijs van een ontwerpwedstrijd van een deodorantmerk en damesblad: knippen, plakken, kleuren. Uren heb ik er als puber op gezeten. Officieel mocht ik niet meedoen, ik was minderjarig. En dus schreef ik me in onder mams naam. Ik weet nog hoe ze met een grote glimlach de reischeque en de bos bloemen in ontvangst nam. Het deed een beetje pijn omdat ik daar niet stond. Maar wat was ik trots op mezelf.
door Charlotte Dorren 30 april 2025
Daar zitten we dan. Met z’n tweeën aan dek, een kop thee in de hand. Het is donker en stil. Het water als een spiegel met slechts een paar boten dobberend om ons heen. Paul wijst naar de horizon. “Daar gebeurt het straks. Nog 30 seconden.” Ik verwacht iets kleins, zoals een vuurpijl. “Zouden we überhaupt iets horen, denk je?” “Geen idee’, fluistert Paul. ‘nog tien seconden, negen, acht…” Maar dan… dat licht! Het is bizar. De horizon gloeit op als een versnelde zonsopkomst. En dan een flits, kaarsrecht omhoog. Quelinda trilt, de lucht barst open en roffelt wanneer de raket de geluidsbarrière doorbreekt. Wat een enorme kracht. Wat een magie.  Voor anker op de Intracoastal Waterway , kijkend naar een raketlancering vanaf Cape Canaveral, het is alsof de hemel ons weer laat zien hoe onbegrijpelijk bijzonder dit leven is. De hele ICW-route langs de Oostkust van Amerika blijkt vol te zitten met deze momenten. Een slingerende waterweg vol contrast. Van mondaine zomerhuizen tot verlaten kreken, van adrenaline tot verstilling.


Nieuwsgierig waar we zijn? Check Quelinda's positie op Marinetraffic

In beeld
Omdat plaatjes spreken.